#28: Hoe voelt dat nou, een burnout (deel 2)

In blog #10 schreef ik hoe een burnout nou eigenlijk voelt. Maar het ging toen vooral over de lichamelijke klachten. Naast de oneindige reeks aan lichamelijke klachten komen er namelijk heel veel emoties bij kijken.

En dat is ook waarom veel mensen denken dat een burnout alleen maar een psychische aandoening is. Immers, een gemiddelde burnouter lijkt vooral moe en emotioneel te zijn, terwijl je de lichamelijke klachten niet aan de buitenkant kan zien.

Schuld, schaamte en falen

Als je nog geen burnout hebt, en “slechts” gestresst bent en langzaam overspannen raakt, dan heb je nog het gevoel dat je “het nu even zwaar hebt”, maar dat het wel weer goed komt. Op dat moment kan je jezelf nog redden door rust te nemen en/of de stressfactoren weg te nemen. Ook ik voelde me onder spanning staan en steeds verder vermoeid worden, maar had wel het idee dat ik het nog aan kon en dat het wel weer over zou gaan. Toen kwam de crash (zie blog #08) en gaf mijn lichaam het op. En vanaf dat moment begon naast een stortvloed aan lichamelijke klachten ook een gigantische draaikolk van emoties. 

(Advertentie)

Het voelde alsof ik gefaald had, en vanaf het eerste moment voelde ik me enorm schuldig. Zo schuldig: “Ik kan niet werken, wat sneu voor mijn collega’s. Zij moeten nu harder werken. En mijn baas dan… ik kost nu bakken vol geld terwijl ik niks doe. Ik kan toch niet zomaar thuis blijven?” Ik had het gevoel dat ik dit écht niet kon maken, en dat ik zo snel mogelijk weer moest gaan werken.

Ik schaamde me omdat ik “zwak” was. Dat ik ingestort was omdat alles mij kennelijk te veel was. Ik schaamde me dat ik het allemaal niet aan kon, en dat ik niet stoer kon meedoen met “work hard, play hard”. Ik schaamde me ook omdat ik niet eerder had ingegrepen, en dat ik dit bij mezelf had laten gebeuren.

Vervolgens kwam er een gevoel van hulpeloosheid. Ik kon helemaal niks meer, zelfs geen boodschappen doen. Dus ik moest mijn vrienden lastig vallen en vragen of ze me wilden helpen, naar de dokter brengen of boodschappen voor me wilden doen. Hulpeloos, waardeloos, en een enorm schuldgevoel. En dan kwam er ook weer veel dankbaarheid in me op, waar ik me totaal geen raad mee wist; ik kon niets terugdoen om de mensen die mij hielpen te bedanken.

Feestdagen zijn enorm moeilijk om door te komen. Ik wil dan van alles doen maar mijn lichaam zegt:”nee”.
foto: © 2018 kakikhebeenburnout.nl

Wanhoop en machteloosheid

Regelmatig komt er een gevoel van wanhoop bij me op. Niet zo van:”hmm dit is kut”, maar échte, totale, diepe wanhoop, waarbij ik denk dat ik écht nooit meer beter zal worden en dat het leven geen zin heeft op deze manier. Dit gebeurt vooral bij terugvallen. Ik denk dan eerst een tijdje dat het een beetje beter gaat maar nee hoor, daar komt die terugval weer. “Jij dacht dat het beter ging? Hahaaaa nee hoor, fuck you!” zegt mijn lichaam dan tegen me.

Ik probeer dan de juiste dingen te doen zodat ik me goed kan voelen en/of kan herstellen. Maar telkens wanneer ik iets uitprobeer dan gaat het na een tijdje niet meer. Ik voel me een kneus die niks mag van zijn lichaam. Ik kan niet nadenken, mijn geheugen hapert, ik heb geen concentratie. Ik kan geen betrouwbare afspraken maken met mensen, ik kan niemand iets beloven of toezeggen. Ik kan niks regelen of organiseren. Mijn lichaam wil het niet. Ik voel me waardeloos en nutteloos.

Ik ben weliswaar een levend wezen, een lichaam, maar dan zonder vaardigheden of mogelijkheden. De simpelste dingen lukken niet meer, zoals even de was doen. Het is allemaal veel te veel. “Verdomme waarom kan ik dit niet? Het is zo simpel.” Zelfs nadenken is al moeilijk. Als in de supermarkt een schap onverwacht leeg is dan kan ik niet bedenken wat ik dan als alternatief moet nemen. Het gaat gewoon niet, er komt niets in me op.

Het is een machteloos gevoel. En ik kan vrijwel niets kan doen om sneller te herstellen. Ik moet me er bij neerleggen dat het kut is, langdurig zo zal blijven, en een enorm lang traject is om weer stapje-voor-langzaam-stapje te gaan genezen.

Deze wanhoop en machteloosheid leiden dan afwisselend weer tot verdriet en woede. Ik zit soms te schreeuwen en te huilen van verdriet en van woede. Het vele huilen komt deels door verstoringen in het hormoonsysteem en in de hersenen, waardoor ik eigenlijk alleen nog maar als een kleuter kan reageren op dingen. Maar ook door hoe wanhopig, woedend, verdrietig en machteloos ik me voel.

Eenzaamheid en onbegrip

Elke dag heb ik behoefte aan sociale contacten. Maar afspreken met mensen is zo zwaar. Zelfs een beetje WhatsAppen is al een energievreter, ik doe het maar zo weinig mogelijk. En dus ben ik eenzaam. Eenzaam en leeg. Ik wil zo graag elke dag even aan iemand vertellen hoe het met me gaat of wat ik heb meegemaakt, maar ik laat mijn vrienden ook maar een beetje met rust. Ze hebben hun eigen leven, en ze weten nu na al die tijd soms ook niet meer wat ze terug moeten zeggen als ik weer voor de zoveelste keer een kutdag heb.

Andere mensen begrijpen het niet echt. Ze bedoelen het goed, willen helpen en steun bieden, maar snappen er geen zak van. Men begrijpt niet hoe kut een burnout is, en wat er allemaal bij komt kijken. Men denkt dat je “gewoon” leuke dingen moet gaat doen, of “gewoon” met de dag moet gaan leven. Of “gewoon” even lekker op vakantie moet gaan. Of “gewoon” ontspannen voor de TV. En “gewoon” niet zo vaak naar de dokter gaan “want die vindt altijd wel wat”.

Maar het is nou júist het “gewone” dat niet meer werkt. Niets is meer gewoon. Alles is zwaar en geeft onrust en angst. Ontspannen werkt niet meer; adrenaline en cortisol blijven voortdurend door je heen razen, ook al doe je niks en zit je in de tuin met een zonnetje en een kopje thee.

Niemand kan zich voorstellen dat je écht geen fuck kan, behalve huilen en op de bank liggen. Ik begrijp het wel hoor, dat andere mensen dat zich niet kunnen voorstellen. Immers, ik kan me ook niet voorstellen hoe het is om kanker te hebben of een kind te baren of in oorlog te leven. Maar al dat onbegrip maakt mijn gevoel van eenzaamheid wel sterker.

Ik wil dan naar mijn vrienden rennen en ze knuffelen en huilen en ze nooit meer loslaten. Sterker nog, ik wil dat soms zelfs bij vreemden op straat doen, of in de supermarkt, zo leeg voel ik me soms. Als ik dan iemand zie die er vriendelijk en lief uitziet, wil ik eigenlijk in huilen uitbarsten en mijn hele verhaal vertellen.

Raakbaarheid

Mijn raakbaarheid en gevoeligheid zijn ook enorm versterkt door de hormonale verstoringen. Bij bijna álles kan ik wel huilen, álles is emotioneel voor me: iemand die vriendelijk is in een winkel, een schattig kind, als ik in het verkeer voorrang krijg, de allerlaatste aflevering van “That 70’s show”, een oud-collega die opeens een WhatsAppje stuurt, ikzelf als ik me geschoren heb en er opeens eigenlijk best wel goed uitzie, bepaalde muziek of liedjes, een verre vriend die zich zorgen blijkt te maken over mij, een buurman met een lief hondje, het gaat maar door. Alles is zo heftig en emotioneel.

Ook moeilijkere onderwerpen komen veel harder aan. Angst en onzekerheid over de toekomst, geld, liefde, het leven. Het is allemaal niet te overzien en leidt tot heftige emoties. Opeens kan het toeslaan, als ik weer even nadenk over wat ik zal gaan doen als ik weer beter ben, of hoe het moet aflopen. Dan komt er een paniekje, en moet ik uithuilen.

Te midden van dit alles moet ik proberen kalm te blijven, het te accepteren, er vrede mee hebben, rustig aan doen, en vol blijven houden. Zodra ik alle bovenstaande emoties een keer gehad heb, begint het weer opnieuw. Het is een cyclus die ogenschijnlijk nooit meer zal ophouden.

(Advertentie)

Zo voelt dat dus, een burnout.

Deel 1 van “Hoe voelt dat nou, een burnout?” vind je hier.

Deel 3 van “Hoe voelt dat nou, een burnout?” vind je hier.

Volgende keer

Volgende keer vertel ik over de razende idiote gedachten in mijn hoofd, die nauwelijks te stoppen zijn.

Reageren? Dat kan via Instagram.