#101: Niet te snel gaan

Ik heb een paar aardige weken achter de rug. Een beetje bezig op de computer, plannen maken voor de toekomst (zie blog #100) en ik ga zowaar naar een feestje.

Pardon? Een feestje? Ja, ik ga. Ik ga gewoon en zie dan vanzelf wel wat er gebeurt. Een vriendin van mij is jarig en viert het tijdens een “jaren ’90 hip hop party” in een horecagelegenheid in de buurt. Pfoeh, dat wordt dus muziek, mensen, lawaai, kletsen, drukte en prikkels.

Maar ik ga gewoon, fuck it. En ik kom er op de bewuste avond nog aardig doorheen ook. Twee uur lang blijf ik er en ik vind het leuk om weer allerlei mensen te zien. Ik ben de volgende dag wel heel erg moe, maar ja, dat is logisch als je al bijna een bejaarde bent en altijd vroeg naar bed gaat. Oh, en een burnout hebt.

(Advertentie)

Meer feestjes

Mijn zus is een week later jarig en viert het op een alpaca boerderij in de Noord-Oost polder. Een flink eind rijden, en heel veel mensen en prikkels en schattige alpaca’s. In totaal 3 uur rijden en 2 uur feestje. Ik voel me wel een beetje overprikkeld, maar ik overleef het.

Ik merk wel dat ik tijdens deze feestjes een beetje duizelig ben en een soort glazen plaat voel tussen mezelf en de rest van de wereld. Alsof ik er niet echt bij ben. Ik praat en lach wel, maar alles en iedereen lijkt ver weg te zijn. Ik noem het dissociatie, maar ik weet niet zeker of dat het is.

Ik merk ook dat ik niet echt geniet, kalm ben of mezelf ben. Maar ik ben wel blij dat ik deze twee dingen heb kunnen doen. Ik ben al drie jaar nergens geweest. Amper een verjaardag gevierd en horeca gemeden als de pest. Ben ik blij? Ja, ik ben blij dat het me gelukt is. Maar ik ben ook een beetje nerveuzig en bang. Want ligt er geen terugval op de loer? Is het nou wel of niet goed voor me om deze dingen te doen?

In de weken na de feestjes ga ik mezelf steeds meer prikkelen. Overprikkelen misschien zelfs wel. Ik voel me best oké, mijn hoofd duizelt dag en nacht wat en ik tril steeds van binnen, maar voor de rest gaat het wel. Dus ik ga weer verder met dagelijks computerwerk, uitrusten en wandelen op het strand. Ook kook ik nog steeds zelf, om de dag.

Bij het koken merk ik wel dat het wat veel is, zo aan het eind van de dag nog actief zijn, en dan ook nog opruimen en de vaatwasser doen en zo. Het is niet echt lekker kalm koken en eten. Het lijkt een beetje op werken. Ik merk dat ik het snel doe. Het moet gedaan worden, en is niet altijd prettig. Is dat een goed gevoel? Moet ik er mee doorgaan?

Alpaca’s. Als je ze ziet wil je ze hebben.
foto: © 2019 kakikhebeenburnout.nl

Netflix zonder chill

Na het eten ga ik Netflix kijken. Niet binge-watchen, zoals in blog #90, want dat is funest voor mijn zenuwstelsel. Maar gewoon, een rustige film of serie. Niet te veel tegelijk.

Maar toch merk ik enige onrust. Ik kan mijn aandacht er niet goed bijhouden. Dus dan zet ik het maar weer uit. En als de TV uit staat, ben ik wat nerveuzig. Niet heel erg, maar wel ongedurig, onrustig. Het is niet lekker om te niksen en het is ook niet lekker om TV te kijken.

Ik Netflix zonder te chillen, en ik chill niet met Netflix. Hè bah wat een raar rotgevoel. Een week of drie rommel ik wat aan. De dagen gaan wel lekker snel voorbij. Uitslapen, wandelen, computeren, lunchen, rusten, boodschappen, koken, Netflixen. Gelukkig is het niet meer zo tergend langzaam als een jaar geleden, toen de dagen niet voorbij leken te gaan.

Dus, dat is op zich vooruitgang, ook al voelt het een beetje onrustig, Maar ja, nu de weken wat sneller voorbij gaan, is er zo weer een maand voorbij, en ik heb nu nog maar 11 maanden recht op WW-uitkering. De druk om op tijd te moeten genezen gaat omhoog.

Mijn blog teruglezen

Op een dag ga ik van start om mijn blog over te zetten naar een nieuw systeem. (Van Wix naar WordPress, voor wie geïnteresseerd is.) Het scheelt me 40 euro per jaar en ik vind Wix een rotsysteem. Dit betekent wel dat ik elke blogpost moet kopiëren en plakken want een automatische overzetting is niet mogelijk.

Ik zie dus alle oude blogs weer voorbij komen. Soms lees ik even en moet ik huilen om wat ik allemaal heb meegemaakt. Soms zie ik dat het in de oudere blogs veel slechter met me ging. Soms zie ik ook dat het in de oudere blogs eigenlijk helemaal niet zo veel slechter ging en dat er dus eigenlijk vrijwel geen vooruitgang lijkt te zijn.

Het is veel werk om de blogs over te zetten. Elke dag doe ik 10 blogs, dat gaat wel aardig. Ik word wel steeds duizeliger nadat ik klaar ben met computeren. Doe ik te veel?

In de avonden ga ik nog wat meer Netflix kijken. Pfoeh! Verjaardagen, Netflix, blogs, alpaca’s. Alle beelden en gedachten hierover vliegen steeds meer door mijn hoofd. Het lijkt wel of ik geen rust meer krijg in mijn hoofd. Dus ik ga maar even stoppen met Netflix kijken en in plaats daarvan ga een rustig spelletje spelen op de iPad in de avonden.

Ga ik te snel? Ik moet denk ik niet te snel gaan. Ik weet net niet zeker. Alles lijkt een beetje te veel te zijn alhoewel ik me niet heel erg slecht voel. Maar dan, op een zaterdag, is het weer op. Nerveus sta ik op, ga de duinen in om te wandelen, en stort volledig in. Huilen, huilen, huilen. Duizelend hoofd, alsof ik flauw ga vallen, en helemaal op. Zo doodmoe, dat ik bijna niet meer kan lopen.

(Advertentie)

Ik ben te snel gegaan. Ik heb te veel gedaan. Terug naar af, Martin. Meer rust, minder computer, minder Netflix, minder verjaardagen, minder blogs overzetten. Rustig aan, rustig aan.

Twee dagen lang ben ik weer doodmoe, huilerig en duizelig. Mijn hoofd gonst en bonst, is dronken en doet raar. Maar ik herken dit. Dit is precies wat er elke keer gebeurt. Ik weet dat het weer over zal gaan, als ik maar niet te snel wil gaan. Maar wat wel mooi is, is dat zo’n terugval in het eerste jaar van mijn burnout 2 tot 3 weken duurde en nu nog maar 2 of 3 dagen.

Verjaardagen? Mooi gedaan, maar korter blijven.
Computeren? Lekker bezig, maar minder lang doen.
Netflix? Leuk, maar op tijd uitzetten.
Alpaca’s? Ik wil er zes, maar eerst maar eens beter worden.

Volgende keer

Volgende keer ontdek ik dat mijn lichaam soms in een totale ruststand komt, die ik nog nooit heb meegemaakt.

Reageren? Dat kan via Instagram.