#259: Kerstkaarten sturen en voetbal kijken

We gaan van Sinterklaas naar Kerst 2022. Ik doe al een tijdje rustig aan met veel ontprikkelen en plat liggen om tot rust te komen. Ik merk steeds duidelijker het verschil tussen “aan” staan en “uit” staan. Als ik kerstkaarten ga schrijven dan ga ik “aan”. Na 10 kaarten heb ik geen zin meer en zijn het voor mijn gevoel te veel prikkels. Maar helaas, zodra ik “aan” sta is het voor mij ONMOGELIJK om te stoppen. Ik ga dus dóór met kaarten schrijven.

Hierin ligt het geheim waarom ik al mijn hele leven vermoeid ben en al twee burnouts heb gehad. Als ik “aan” sta kan ik nauwelijks stoppen en komt mijn lichaam langdurig niet meer tot rust. Ik bespreek dit met enkele buren. Iedereen geeft aan dat wanneer men gespannen is of net uit het werk komt o.i.d. er even op de bank wordt neergeploft. Na vijf tot tien minuten is men dan weer kalm en uitgerust. Was het een extra zware klus? Dan is men na een half uur tot drie kwartier weer oké.

Men denkt er eigenlijk niet eens over na. Zo hoort het te zijn, maar zo gebeurt het bij mij niet. Als ik rust neem dan kalmeer ik pas na uren, soms zelfs pas na dagen. Dat klopt dus niet.

(Advertentie)

Kerstkaarten

Na de tien kerstkaarten doe ik er nog 25 want ik kan het maar niet voor elkaar krijgen om te stoppen. Ik heb drie kaarten te weinig dus ik loop even naar de Spar om nog een pakje te halen. Ik kan meteen de eerste kaarten meenemen en op de post doen.

In de Spar aangekomen haal ik ook een lekker broodje voor bij de lunch. Ik ben nu dus, zomaar opeens, drie dingen tegelijk aan het doen. Omdat mijn hoofd tegenstribbelt kan ik niet beslissen welk broodje ik wil nemen. Het KAN gewoon niet, het is te veel voor me, klotehoofd. En ik gooi de kerstkaarten in de verkeerde bak want de bak die er staat is voor als je decemberzegels gebruikt en die heb ik wel maar op sommige kaarten niet.

Als ik thuiskom ben ik natuurlijk duizelig. Ik wéét dat dit alles te veel voor me is maar ik ben geactiveerd en weet niet meer hoe ik mezelf nu weer “uit” krijg. Kortom: het op de bank neerploffen werkt niet zoals het bij andere mensen wel werkt. Mijn kop blijft actief. Ik kan niet meer stoppen. Ik pak steeds mijn iPhone of iPad voor prikkels. Maar omdat ik me daar wél bewust van ben leg ik die ook meteen weer neer. En langzaam word ik bozer en bozer op mezelf omdat ik steeds maar weer die kutapparaten oppak en niet kalm kan worden.

Uit een slaapapneu test blijkt dat ik geen slaapapneu heb.
foto: ©2022 kakikhebeenburnout.nl

Dan komen er nog de normale zaken van de dag voorbij. Ik maak de keuken schoon, ik eet wat, ik moet even iets bestellen dat ik nodig heb, etc. Omdat ik geactiveerd en nerveus ben doe ik al die dingen twee keer zo snel. Ik ben niet “zen”, niet mindful, niet relaxed en niet rustig.

Ik ga dan maar wat kerstkaarten in de brievenbussen van mijn buren deponeren. Bij één buur blijven er twee kaarten aan elkaar plakken en hij heeft nu dus ook de kaart van iemand anders. Dit geeft me zoveel stress dat ik er woedend van word (kort lontje) en de rest van de dag niet meer rustig word. Ik bel bij hem aan maar hij is er niet; ik moet dus op een andere dag terug om de verkeerd geleverde kaart terug te krijgen.

En zo zie je dat iets wat ik heel leuk vind: kerstkaarten sturen, een enorme stressfactor wordt die er voor zorgt dat ik alleen maar zenuwachtiger word en meer overprikkeld raak.

Iedereen die dit leest zal nu zeggen:“maar je had na de 10e kaart moeten stoppen, want toen voelde je dat het niet meer lekker was”. Dat weet ik ook, en daar ben ik me van bewust. Maar op dat moment zelf, in die éne seconde dat ik merk dat het niet meer gaat, maken mijn hersenen de beslissing om door te gaan. Ik heb geen trigger om te stoppen. Ik kan het niet, mijn lichaam wil het niet. Ook tijdens het naar de Spar gaan realiseer ik me dat ik fout bezig ben. Maar ik KAN NIET STOPPEN.

Er moet eigenlijk iemand naast me zitten die me tegenhoudt. Op de vingers tikt als er zoiets gebeurt. Of misschien maar gewoon met een knuppel op mijn hoofd mept.

Voetbal

Die avond ben ik weer wat gekalmeerd en dat geeft mij een goed gevoel. Alleen ik ben nog NIET volledig gekalmeerd. Het voelt dus wel al beter, maar ik sta nog steeds “aan”. Ik merk dat alleen niet zo. Het voelt eigenlijk wel oké, net zoals alle miljoenen andere keren in mijn leven dat ik wel licht gespannen was maar het toch wel oké voelde.

Ik zet even de TV aan omdat ik daar een app op heb staan om ontspannende muziek te kunnen luisteren. Maar ik klik per ongeluk op de NOS app en kom terecht op WK-voetbal, Nederland tegen Argentinië. Ik kijk nooit voetbal en ook geen TV maar ik krijg opeens een warme herinnering aan vroeger toen ik altijd EK en WK keek met vrienden in café’s. Dat was altijd zo leuk en gezellig.

Ik kijk de wedstrijd uit tot het einde. Dat is ver na mijn bedtijd en ik merk duidelijk dat mijn hoofd protesteert. Duizelingen, een bonkend hart in mijn hoofd. Dat merkte ik ook al na de eerste helft, maar ik kon niet stoppen.

Ik vond de wedstrijd leuk en had vele mooie herinneringen aan het voetbal kijken van vroeger. Het maakt me niet uit of Nederland wint of niet, het gaat om de vriendschap en de leuke tijd die ik had. Het is een escape, even spontaan iets leuks doen om niet de hele tijd met je burnout bezig te zijn. Zo voelt het. Zo voelt het écht.

(Advertentie)

Maar de werkelijkheid is dat het helemaal geen escape is. Mijn lichaam wil gewoon geen rust en geeft me rotklachten als ik rust neem. Doorgaan is lekkerder. Als ik “aan” sta kan ik niet meer “uit”. Het voetbal kijken is in werkelijkheid een ramp die wel een leuk gevoel geeft. Het is een ramp die volgt na de ramp van het kerstkaarten sturen. Dat was ook leuk want je denkt aan al je lieve vrienden en kennissen en schrijft iets voor ze op de kaart.

Het voetbal en de kerstkaarten zijn rampen voor mijn zenuwstelsel. Maar ik doe ze toch want ze zijn ook leuk. Dit is de hele kern van mijn burnout en ook de oorzaak. Én de oplossing om er uit te komen: de wanhoop en misère van het nietsdoen en ontprikkelen zijn zo klote, dat ik zonder nadenken automatisch doorga met dingen doen. Want dan heb ik tenminste nog wat leuks.

Als ik dat nou eens kon doorbreken, dan ben ik spekkoper.

Volgende keer

Volgende keer ontdek ik hoe ik nooit tot rust kom.

Bekijk reacties op deze blogpost of reageer zelf via Instagram.